Precies een jaar geleden heeft de ecoloog Constant Swinkels een bezoek gebracht aan de Waalgaard. Hij heeft ons veel geleerd over hoe je insecten en vlinders kunt identificeren, zie de blog van vorig jaar. Wat hebben we sindsdien gedaan?
BIJEN
Bij de bijentellingen in de Waalgaard en op Grootstal tellen we gedurende een half uur bijen en hommels. Er was een groot verschil tussen de twee locaties in het vóórkomen van de hoeveelheid en de verschillende soorten bijen. Dat kan allerlei oorzaken hebben. De ene telling is door Heleen gedaan (Waalgaard) en de andere telling door Frank (Grootstal). Dat alleen al kan een oorzaak zijn. Ook het weer kan meespelen. Maar het verschil is zo groot dat we zeker kunnen zeggen dat Grootstal meer (soorten) bijen trekt dan de Waalgaard. Kijk maar:
De Waalgaard (18 april): 15 Honingbijen,1 Aardhommel, 2 Steenhommels, 3 Akkerhommels, 1 Wesp
Grootstal (22 april): Honderden Honingbijen !!, 4 Aardhommels, 2 Viltvlekzandbijen, 2 Wimperflankzandbijen, 2 Kegelbijvliegen, 2 Steenhommels, 1 Rosse metselbij, 1 Zesvlekkige groefbij, 1 Algemene zandbij, 1 Goudpoot zandbij
VLINDERS
Voor de vlindertellingen lopen we gedurende een kwartier rond om te tellen. Waar je niet omheen kunt is dat je af en toe een zelfde vlinder twee keer telt, hoe hard je ook je best doet dat niet te doen ;)
Opvallend is dat er in de Waalgaard meer Atalanta’s en Dagpauwogen ronddartelen dan in Grootstal. Dat komt doordat die twee vlindersoorten graag fruit lusten, liefst rottend fruit.
Waalgaard: (9 juli) 4 Atalanta’s, 8 Dagpauwogen, 3 kleine Koolwitjes, 1 Gamma-uil, 2 Bleke grasmotten
(23 juli): 2 Dagpauwogen, 2 kleine Koolwitjes, 6 Bruine Zandoogjes, 1 Gamma-uil, 1 Bruin Blauwtje
Buiten de telling om heb ik op deze dag nog een blauw paarsig vlindertje gezien, waarschijnlijk een Boomblauwtje.
Grootstal (21 juli): 1 Atalanta, 3 kleine Koolwitjes, 1 Geaderd Witje, 1 Bruin Zandoogje, 2 kleine Vuurvlinders, 2 Gamma-uilen
BODEMDIEREN
Bodemdieren zijn voor ons het meest ingewikkeld om te inventariseren. Er zijn veel minuscule kleine kruipertjes die wij niet van naam kennen en die te klein zijn voor de app ObsIdentify. Daar komen we helaas niet verder dan omschrijvingen als: ‘’klein zwart spinnetje met rode pootjes’’. We leggen plankjes neer op verschillende plekken en na een tijd draaien we die om, om te kijken wat zich daar allemaal onder verzameld heeft. Maar ja, eenmaal de plank omgedraaid, verdwijnen de meeste kruipers razendsnel de grond in. Al met al zijn ze ons vaak te slim af. Ook graven we gaten van 20 x 20 en 10 cm diep. De aarde die we hieruit scheppen, storten we op een wit karton zodat we de beestjes goed kunnen zien. We tellen gedurende een half uur alles wat we kunnen ontdekken. De grond zit goed vol met regenwormen; een goed teken! We zijn er niet aan toe gekomen om ook in Grootstal de bodemdieren telling uit te voeren.
Waalgaard (oktober): 14 regenwormen, 3 akkerslakjes, 2 kortschildkevers, 2 kleine gele miertjes, 2 kleine zwarte spinnetjes, 1 klein zwart spinnetje met roodachtige poten, 1 duizendpoot, 1 glansloopkever, 4 kleine witte aaltjes variërend van 3 tot 10 millimeter
We hopen ook dit jaar weer zoveel mogelijk tellingen te kunnen doen. Wie weet worden de spinnen- en de vogeltelling wel toegevoegd. Als jullie iets ontdekken op het gebied van wilde planten, insecten, vlinders, vogels, spinnen, zouden wij het heel leuk vinden als je dat aan ons door geeft.
Een voedselbos is goed voor biodiversiteit, dat heeft o.a. het voedselbos in Groesbeek van Wouter van Eck wel bewezen. We werken met ons allen mee aan meer soorten planten en dieren. Geweldig toch?!